"...tere beeldjes, monumentaal groot, gesloten, overvloeiend van rijpe emotie, van innig lijden, van rustige beschouwing - vast in hun vormvereenvoudiging en vol van rijke vlakverdeling. De natuur wordt er als 't ware in vereenvoudigd en het menselijk lichaam schijnt gerekt en in linkse gebaren opgesteld. Maar wat een buitengewoon ritme van vlakken en lijnen - ook in de gewrongen stellingen van het lichaam, wat voert dit de expressie tot een hoge kracht op. Want Minne zoekt geenszins de ‘mooie' lijn, het balancerend evenwicht, de klassieke schoonheid en de gemakkelijke bewondering. Er ligt een wonderbare, moeilijk te verklaren macht in de beelden van Minne - in die geknielden, die links en rechts stijf buigenden ..." Met die woorden typeert Karel van de Woestijne in 1920 het werk van George Minne (1866-1941), ongetwijfeld een van de bekendste symbolistische beeldhouwers in Europa. Zijn moderne spiritualiteit, gestoeld op de middeleeuwse mystiek van Jan van Ruusbroec (1293/94-1381), past goed bij het streven van de toenmalige avant-garde naar een kunst die het zintuiglijke overschrijdt en uitdrukking geeft aan wat de ziel beroert. Vele bewonderaars in die tijd zien in de verstilde kunst van Minne dan ook een heropleving van de gotiek. Lees verder op deze pagina.